De scenarist Mariusz TRELIŃSKI laat zich boeien door een opera van Thomas Adès op een libretto van Philip Hensher: POWDER HER FACE. De première van het stuk vond plaats in de Nationale Opera van Warschau op 5 mei 2015. DE MUNT zal het brengen in de HALLEN VAN SCHAARBEEK van 22 september tot 3 oktober.

De vertoningen zullen voorafgegaan worden, op zaterdag 19 september, door een ontmoeting met de scenarist in het kader van reeks IMMERSION. Gezien het onderwerp zal het event plaatsvinden in een voormalig rendez-vous hotel, het bekende Hôtel Le Berger.
>>> Hôtel Le Berger (Herdersstraat 24, 1050 Brussel) – zie kaart
>>> zaterdag 19 september 2015 – 20u
>>> €10 | €7,5 | Gratis

De Munt beschrijft de ontmoeting als volgt: “Dompel u onder in het artistieke universum van Mariusz TRELIŃSKI en zijn fascinatie voor de grote vrouwelijke personages die zowel in zijn operaregies als filmwerk prominent aanwezig zijn. Deze avond houdt u een spiegel voor van de intrige van “Powder Her Face”, die geïnspireerd is door een seksschandaal uit de jaren 1960 en de vrouwelijke incarnatie van Don Juan.” U maakt niet enkel kennis met de inspiratiebronnen van de Poolse regisseur. De deelnemers aan het gesprek zijn: Mariusz TRELIŃSKI, Béatrice DELVAUX (journaliste bij Le Soir), Laurent DE SUTTER (filosoof, schrijver en professor aan de VUB), Béa ERCOLINI (directrice van Elle Belgique), Agnieszka GRAFF (essayiste, feministische auteur en mensenrechtenactivist) en Isabelle TILMANT (psychologe, psychotherapeut).
Op het menu staan maatschappelijke vraagstukken gelinkt aan de positie van de vrouw, het feminisme en vrouwelijke ontrouw. Naargelang het onderwerp zullen er stukjes film en opera vertoond worden, die belangrijk zijn voor Mariusz Treliński. Bovendien zal Treliński het ook hebben over de boeken en ontmoetingen die een indruk op hem hebben achtergelaten.

POWDER HER FACE 
Kameropera voor 4 zangers en 15 musici, geschreven in Everyman Theatre tijdens het Cheltenham Music Festival op 1 juli 1995

>>> Hallen van Schaarbeek (Koninklijke Sinte-Mariastraat 22, 1030 Brussel) – zie kaart
>>> 22, 24, 25, 27, 29 & 30 september, 02 & 03 oktober
>>> €112 | €69
Ondertiteld in het Nederlands/Frans

Muzikale leiding – Alejo Pérez
Scenario – Mariusz TRELIŃSKI
Decor – Boris Kudlička
Kostuums – Marek Adamski
Verlichting – Felice Ross
Video – Bartek Macias
Dramaturgie – Krystian Lada
Zangers – Allison Cook, Peter Coleman-Wright, Leonardo Capalbo, Kerstin Avemo
Orkest – Symfonisch Orkest van De Munt

Geboren in 1962 in Warschau studeerde Mariusz Treliński aan de Filmschool in Łódź (PWSFTViT). Zijn eerste film, Zad wielkiego wieloryba, op bestelling van de televisie, kwam uit in 1987. De volgende film, Pożegnanie Jesieni naar een roman van Witkacy, bracht hem een groot succes. De film werd voorgesteld op het Filmfestival van Venetië en won de prijs van de Voorzitter van het Cinematografische Comité voor een eerste film. In Polen ontving hij de prijs voor de beste eerste film, die wordt toegekend door de minister van cultuur, evenals de prijs Andrzej Munk. Łagodna, zijn tweede film, deze keer gebaseerd op Dostojevski, gaf hem grote nationale erkenning. Egoiści is zijn laatste film en verscheen op het scherm in 2000.
Hij is tevens maker van muziekclips en reclamestukjes, en hij werkt voor het theater sinds 1993 en voor de opera sinds 1995. Vier jaar later start hij een samenwerking met de scenarioschrijver Boris Kudlička, die tot op de dag van vandaag voortduurt en waarvan de resultaten te zien zijn in Manon Lescaut. Zijn bewerking van Król Roger in 2000 leverde hem datzelfde jaar de prijs Karol Szymanowski op (deze opera werd in concertante vorm gespeeld in Brussel in september 2011 > zie ons archief). Hij herbracht deze opera in een nieuwe versie in 2006 aan de opera in Wrocław. Zeer geïnspireerd door Giacomo Puccini regisseerde hij Madame Butterfly in Warschau in 1999. Het succes was zo groot dat Plácido Domingo hem uitnodigde om de voorstelling over te doen in 2001 in de Washington National Opera (in het Kennedy Center), en nadien opnieuw in 2006: het orkest werd toen geleid door de maestro zelve. In 2001 kreeg Treliński de Polityka Paszportprijs voor het opvoeren van de opera. Hij voerde ook Othello van Verdi op (2001), Jevgeni Onegin van Tsjaikovski (2002 en 2011), Don Giovanni van Mozart (2002, 2003, 2008 en 2011), La Bohème van Puccini (2006 en 2007), Boris Godunov van Moessorgski (2008 en 2009), Orpheus en Eurydice van Gluck (2008 en 2009), La Traviata van Verdi (2010), Turandot van Puccini en De vliegende Hollander van Wagner (2012).
Tussen mei 2005 en augustus 2006, was hij artistiek directeur van het Teatr Wielki, de nationale opera in Warschau, een functie die hij terug opnam in oktober 2008.